Als de belastinginspecteur de werkrelatie kwalificeert als (fictieve)dienstbetrekking, dan kunnen dat consequenties met zich meebrengen voor de partijen.
Een dienstbetrekking kenmerkt zich aan de driepoot:
- Loon
- Persoonlijke arbeid
- Gezag
Als een van deze criteria ontbreekt is er geen dienstbetrekking. Er kan wel sprake zijn van een fictieve dienstbetrekking. In sommige gevallen kan de wet bepalen of er sprake is van een fictieve dienstbetrekking. Daarnaast regelt de wet dat enkele beroepen altijd als fictieve dienstbetrekking worden aangemerkt. Ten slotte kan de werkrelatie van de opdrachtgever en opdrachtnemer op eigen initiatief bij de belastingdienst als fictieve dienstbetrekking worden aangemerkt. Als de werkrelatie gekwalificeerd is als fictieve dienstbetrekking, dan moet er ook loonbelasting, premie volksverzekeringen en een bijdrage ZvW worden afgedragen.
Als er sprake is van een (fictieve) dienstbetrekking, dan kan de opdrachtgever geconfronteerd worden met een naheffingsaanslag van de loonbelasting, met terugwerkende kracht tot vijf jaren, en een boete eventueel vermeerderd met wettelijke rente. Eventueel kan het anoniementarief worden toegepast. Dat betekend dat er 52% van het loon wordt ingehouden voor de loonbelasting en volkspremies. Daarentegen kan de opdrachtnemer geconfronteerd worden met een belastingclaim van feitelijke werkgever. Bovendien kunnen de ondernemersfaciliteiten worden afgenomen door de belastingdienst. Ten slotte kan de werknemer recht verkrijgen op arbeidsrechtelijke en sociaalrechtelijke regelingen.